VKVisie
Tijdschrift van de Vrij-Katholieke Kerk in Nederland

Vorige Home Boven Volgende

Naast Wetenschap der Sacramenten
ook Wetenschap van het Geloof
Remco Robinson

Al enige tijd merk ik soms in onze kerk enige angst en scepticisme tegenover de theologie. Tegen mij is door iemand wel eens gezegd: "Jij zit nog in de scholastiek door je studie." Ook is er de angst dat ik door mijn studie misschien de kerk wel zal verlaten. Tenslotte heb ik in een tekst, bestemd voor het VK-opleidingsinstituut, meerdere malen gelezen dat de theologie niet tot de waarheid door kan dringen; ook de filosofie zou dit niet kunnen. De theosofie zou m.b.v. de intuïtie dit wel kunnen. Dit zijn m.i. vooroordelen. In dit artikel wil ik proberen deze angst en vooroordelen weg te nemen en het scepticisme enigszins te relativeren. Ik wil echter in geen geval de theosofie aanvallen en de theologie verdedigen, maar ik wil een wat genuanceerder licht op de zaak werpen.

De angst voor de theologie kan ik goed begrijpen. Theologie lijkt erg beklemmend, dogmatisch en puur rationeel. Toch, als student heb ik gemerkt dat dit niet het geval is. De theologie is echter wel lange tijd zo geweest. Toen de samenleving zich ging moderniseren vanaf de Verlichting in de 18e, 19e en in het begin van de 20e eeuw reageerde de kerk met angst. Dit is o.a. te verklaren door de Franse revolutie, die geloof helemaal verwierp, en de vele malen dat een Paus werd ontvoerd. De kerkelijke staat werd met de vorming van Italië bedreigd en ten slotte helemaal ingenomen. De kerk reageerde op de Moderne Tijd en haar nieuwe inzichten en ideeën met verzet. Zij werd de belegerde vesting, die bedreigd werd door de Moderne Tijd.

De kerk sloot haar gelederen en probeerde iedere vernieuwing, ook uit de kringen van de theologen, in de kiem te smoren. Zij ging voor haar theologie teruggrijpen naar de Middeleeuwse Scholastiek. Deze tijd heet daarom de Neo-Scholastiek.

Nu is de scholastiek niets negatiefs in haar tijd. Het is de periode van grote denkers als Anselmus van Canterbury en Thomas van Aquino. Vooral Thomas is voor de Neo-Scholastiek belangrijk. Helaas komt Thomas totaal niet tot zijn recht. Hij heeft namelijk nooit leerstellingen willen weergeven, maar hij werkte met vraagstellingen, die hij d.m.v. wijsgerige methodes probeerde op te lossen. Zijn doel was zijn studenten een methode aan te leren om dergelijke vraagstellingen op te lossen. Hij was erg modern voor zijn tijd en werd soms verguisd en sommige van zijn stellingen zijn lang verboden geweest. Hij heeft namelijk de Openbaring van het christendom in zijn theologie verbonden met de filosofie van Aristoteles. Hij heeft gepoogd twee in zijn tijd bijna onverenigbare standpunten te verenigen. Dit is een grootse prestatie.

Helaas greep de kerk later op een zeer dogmatische wijze op hem terug. Zijn methode werd niet bekeken, maar zijn stellingnamen. Alle beweringen, die hij deed om zijn methode duidelijk te maken, werden tot leer verheven. Het feit dat hij wilde dat zijn studenten zelf nadachten, werd helaas genegeerd. De theologie werd zo een gesloten geheel, waar niets nieuws uit voort mocht komen. Dit alles veranderde met de komst van paus Johannes de 23e in begin jaren '60. Hij opende het 2e Vaticaans Concilie. Daarmee werd een einde gemaakt aan de Neo-Scholastiek en kwam er ruimte voor de Nieuwe Theologie. Er kwam ruimte voor de persoonlijke religieuze ervaring van het individu, de oecumene drong eindelijk door in de RKK en men ging haar bronnen opnieuw onderzoeken.

Waar de theologie nu staat, is moeilijk te zeggen. Vaak komen we pas achteraf erachter welke stroming we volgden. Er is op de theologische faculteit van de Katholieke Universiteit van Nijmegen veel vrijheid voor colleges. Artikelen worden echter nog altijd gecontroleerd door kardinaal Simonis. Ook de docenten worden gecontroleerd, maar dit heeft niet kunnen voorkomen dat een protestantse moraaltheoloog colleges heeft gegeven.

Toch krijgen we nu redelijk objectief les. Aan ieder van ons staat vrij te denken en te schrijven wat we willen. Vaak wordt ons alleen gevraagd een mening van een theoloog te begrijpen; diens mening aannemen hoeven we nooit. Wat ik hiermee wil zeggen is dat de theologie geenszins meer zo gesloten is als vroeger en dat we als VKK onze mening over de theologie moeten aanpassen aan de theologie van deze tijd. Als ik een theologisch tijdschrift wel eens lees, dan staan daar zeker mooie dingen in. Denk bijvoorbeeld eens aan de bevrijdingstheologie en feministische theologie. Niet alles kan ik beamen, maar het zet me wel aan het denken. Wat ik zelf erg mooi vind, is de sociale kant van de RKK-theologie. Iets wat ik soms wel eens mis in onze kerk.

Theologie is altijd in beweging, past zich aan aan de tijdgeest. Natuurlijk kan de theologie nooit de gehele waarheid vinden, maar wie of wat kan dat wel?

Wat is theologie eigenlijk? Het is volgens mij een wetenschap met als object; geloof in God en als indirect object: God. Dat wil zeggen dat we vanuit allerlei perspectieven het geloof in God willen onderzoeken en zo tot een beter begrip van geloof in God en God Zelf willen komen.

De theologie is een wetenschap, dat betekent rationeel en coherent. Dit is een reactie op de Neo-Scholastiek. Zij probeert nu alles rationeel te benaderen en te verklaren. Ik ben het daar niet altijd mee eens. Ik mis vanuit mijn eigen achtergrond namelijk ruimte voor de mystiek en het spirituele in de theologie. Ik denk dat de theologen van nu over het algemeen te rationeel zijn. Deze mening deel ik met veel van mijn medestudenten. Het is zelfs grappig te zien dat er in de nieuwe generatie theologen een tegenbeweging aan de gang is. Velen van ons willen meer ruimte voor de emotie, mystiek en spiritualiteit. Mischien zullen wij straks onze stempel op de theologie gaan drukken en dan zal de generatie daarna daarop weer reageren. Zo blijven we in beweging.

Toch blijft er altijd een rationele, wetenschappelijke kant van de theologie. Ik denk echter niet dat dit negatief is. De spreuk van Anselmus, Fides quaerens intellectum, dat is: Geloof op zoek naar de rede, geeft de functie van theologie eigenlijk aan. Theologie probeert op een rationeel-wetenschappelijke wijze het geloof te onderzoeken. Zo wordt geloof inzichtelijker en opener voor iedereen. Het wordt zo minder puur een individuele aangelegenheid en het wordt mogelijk om als gemeenschap en als instituut met geloof om te gaan. Ik denk dat een rationele, wetenschappelijke benadering veel kan bijdragen voor het functioneren van een kerk en tot inzicht kan dienen voor haar gelovigen en de rest van de wereld.

Ik meen niet te zeggen dat theologie de weg is om te komen tot inzicht over geloof in God en God Zelf. Deze weg kan niet met een wetenschap of een systeem bewandeld worden. Dat kan slechts door te leven en te groeien in inzicht. Toch kan de theologie wel bijdragen in de zoektocht en daarin zie ik ook haar waarde.

Ik wil in onze kerk dus pleiten voor een plaats voor de theologie. Niet op concurrerende positie met de theosofie, alsof alleen een van beiden toegang tot de waarheid kan verschaffen, maar als aanvulling en correctie. Voor veel niet-vrij katholieken gaan bepaalde theosofische inzichten te ver, ze gaan te veel in de richting van de New Age en zijn niet te verifiëren. Het is te subjectief voor hen en zij kunnen zich zo niet met onze kerk verenigen. Ik weet niet of dit zo is. De theosofie kan op geheel eigen wijze zeer goed bijdragen tot inzicht. Ik wil haar methode toch ook meer intuïtief noemen. Vooral in onze kerk maakt zij ook gebruik van hogere zintuigen, iets wat de wetenschappen en "de buitenwereld" ook tegen de borst kan stoten. De kritiek is dan dat de waarnemingen van één persoon, met name Leadbeater, niet voldoende kunnen zijn als fundament voor een liturgie.

Ik denk dan ook dat onze kerk zich niet moet beperken tot of theologie of theosofie. Theologie en theosofie behoeven elkaar niet uit te sluiten. Naast een intuïtieve benadering kan er ook een rationele benadering zijn. Naast een fundament op waarnemingen op occult niveau, kan er ook een fundament op theologisch niveau zijn, gebaseerd op de Schrift en traditie. Ook kunnen we via de theologie veel leren van de sociale wetenschappen. En waar de theologie te rationeel wordt, kan de theosofie haar corrigeren en waar de theosofie te intuïtief wordt, kan de theologie een rationele correctie geven. Door elkaar aan te vullen wordt de kerk noch te subjectief-intuïtief, noch te rationeel- wetenschappelijk.

Laten we dus proberen van zoveel mogelijk wegen gebruik te maken en niet het een het andere laten uitsluiten. Zo kan er in de kerk voor zowel meer intuïtief georiënteerden als meer wetenschappelijk georiënteerden een plaats zijn.