Epistel en Evangelie

Copyright © Vrij-Katholieke Kerk in Nederland. Alle rechten voorbehouden. Lees onze disclaimer en het Privacy statement
Home Home

Epistel

Wij zullen lezen uit de Handelingen van de apostelen, te beginnen met hoofdstuk 2, vers 22. Mannen van Israël, luistert naar deze woorden: Jezus de Nazarener was een man Wiens zending tot u van Godswege bekrachtigd is. Gij kent immers zelf de machtige daden, wonderen en tekenen, die God door Hem onder u heeft verricht: Hem, die volgens Gods vastgestelde raadsbesluit en voorkennis is uitgeleverd, hebt gij door de hand van goddelozen aan het kruis genageld en gedood. Maar God heeft Hem ten leven opgewekt na de strikken van de dood te hebben ontbonden; want het was onmogelijk dat Hij daardoor werd vastgehouden. Welnu, omdat David een profeet was en wist, dat God hem een eed gezworen had, dat Hij een van zijn nakomelingen op zijn troon zou doen zetelen, zei hij met een blik in de toekomst over de verrijzenis van Christus, dat Hij niet is overgelaten aan het dodenrijk en dat Zijn lichaam het bederf niet heeft gezien. Deze Jezus heeft God doen verrijzen en daarvan zijn wij allen getuigen. Hier eindigt de les.

Evangelie

Wij zullen lezen uit het heilig Evangelie naar de beschrijving van Marcus, te beginnen met hoofdstuk 16, vers 9. Nadat Jezus in de vroege morgen van de eerste dag van de week verrezen was, verscheen Hij het eerst aan Maria Magdalena, uit wie Hij zeven duivels had uitgedreven. Deze ging het vertellen aan hen die Zijn metgezellen waren geweest en nu rouwden en weenden. Maar toen die hoorden dat Hij leefde en door haar gezien was, geloofden ze het niet. Daarna verscheen Hij in een andere gedaante aan twee van hen, toen deze te voet op weg waren naar buiten. Nadat dezen teruggekeerd waren, vertelden ze het aan de overigen, maar zelfs zij werden niet geloofd. Later verscheen Hij aan de elf, terwijl zij aan tafel aanlagen. Hij maakte hun een verwijt van hun hardnekkig ongeloof, omdat zij geen geloof hadden geschonken aan degenen die Hem gezien hadden, nadat Hij verrezen was. Daarop sprak Hij tot hen: “Gaat uit over de hele wereld en verkondigt het evangelie aan heel de schepping.” Hier eindigt de evangelielezing.
VIJFDE ZONDAG NA PASEN
freepik ©